Hoe duurzaam en zeker is het systeem waarop je voor je proceswater vertrouwt?
En hoe kies je de juiste productiemethode?
Eén: kijk naar de bron. En, twee: kijk naar regio’s die al langer geconfronteerd worden met waterschaarste. Singapore, bijvoorbeeld. Daar hanteren ze een ‘rangschikking’ in bronnen en technologieën om zeker van water te blijven. Noem het gerust een ‘watervalsysteem’.
Waterverhaal van Singapore
Naar Singapore, dus. De situatie is er anders dan bij ons. Want het stadsgebied is als eiland dichtbevolkt en heeft geen nabije oppervlaktewaterbron zoals wij. Wegens de heel hoge bevolkingsdichtheid, het hoge gebruik van koelwater voor de centrale airconditioningssystemen en de grote chemiehaven, is de waterstress daar nog veel groter.

Singapore heeft een beperkte capaciteit om regenwater op te vangen en te stockeren in rivieren, meren en spaarbekkens, zoals wij.
Komt daarbij dat de aanvoer van water uit het buitenland onder druk staat, waardoor ze nu al de beweging hebben ingezet om helemaal zelfvoorzienend te worden.
Even vooruitkijken: ook in Singapore zetten de wereldwatertrends zich door, met een stijging in de vraag naar water, vooral op industrieel vlak. In 2030 zou volgens de prognoses van het National Water Agency daar
- niet-residentieel verbruik tot 60% stijgen
- thuisgebruik tot 40% dalen.
Alle apecten van watermanagement meenemen
Om aan die vraag tegemoet te komen gaan ze uit van een holistische kijk. Daarvoor zetten ze aan productiezijde in op verschillende bronnen en technologieën:
- Elke druppel (regen)water opvangen in 17 reservoirs.
- Oppervlaktewater van een rivier importeren (akkoord met leverancier tot 2061)
- Hergebruikt water (‘NEWater’) moet 50% in de vraag voorzien in 2030
- Tot 30% van de hele bevoorrading zou uit ontzouting komen (ook in 2060)
Aan de gebruikszijde doen ze ook aan sensibilisering. In 2000 verbruikte elke inwoner nog 165 liter per dag, in 2018 was dat 141 liter, en tegen 2030 zou dat 130 liter moeten worden.
Ze bouwen aan een 100% circulair model, van opvang tot hergebruik, met een écht gesloten cyclus: er is een reden waarom Singapore in de wereld nu al toonaangevend is in waterbeheer, waterinfrastructuur en watertechnologie.
Maar de context, de uitdagingen en de antwoorden klinken als die van onze Blue Deal.
Zeker.
Veel meer zoet oppervlaktewater als bron in de Antwerpse regio
Voor ons is die holistische visie op duurzaamheid en zekerheid interessant. In Vlaanderen kijken we straks ook tegen een mate van waterstress aan, maar in tegenstelling tot Singapore hebben we een veel grotere toegang tot zoet oppervlaktewater in onze regio.
En laat productie van proceswater op basis van zoet oppervlaktewater nu net bijzonder duurzaam zijn, en een continue kwaliteit garanderen: alleen al de CO2-uitstoot van productie uit brak dokwater is met een factor 6 hoger dan productie met oppervlaktewater als bron.
Als we het Singapore-model toepassen op onze voorzieningen, komen we uit tot deze robuuste samenstelling:
1. Zoet oppervlaktewater
dat anders toch in brakwater en zee zou terechtkomen
2. Hergebruik
van gezuiverd afvalwater of gebruikt koelwater
3. Ontzouting
van brakwater
4. Ontzouting
van zeewater
Hybride beheersing van technologie
Om zeker en duurzaam proceswater te kunnen blijven leveren, loont het dus ook in onze regio om te diversifiëren, en niet al je eieren in 1 technologiemand te stoppen. En al zeker niet als je kijkt naar benodigde energie, uitstoot en bijproducten.
De wendbaarheid van een robuust watersysteem schuilt in de keuze van productiemethoden, en de verscheidenheid aan bronnen.
Met een scala aan technologieën en bronnen kunnen we op basis van context, regio, vraag én seizoen op elke plaats tot de juiste oplossing komen, of een combinatie van oplossingen, die én zo duurzaam mogelijk is én zeker blijft. Ook wat waterkwaliteit betreft.
Hebben we dat alvast gemeen met wat die straffe water-ingenieurs in Singapore doen.
Bronnen | https://www.pub.gov.sg/watersupply/singaporewaterstory | https://wwf.panda.org/wwf_news/?204587/Singapore-water-management (2012)